Terug naar
Inhoud

Parc Zonnehove

Strandvondsten
(Piet van der Klis)

Opnieuw is op het strand, voor de strandopgang "Zonneveld" een bijzonder fraaie aardewerkscherf gevonden uit de IJzertijd
(11 oktober 2005).

De IJzertijd begon ongeveer 800 jaar voor Chr. en eindigde met de komst van de Romeinen.  
De bewoners hier waren destijds de Menapiërs, de naaste (verwante) buren van de Galliërs (Kelten) ten zuiden, en van de Kananefaten (Germanen) ten noorden van de Oosterscheldemonding . De Menapiërs woonden op de strandwallen die hier destijds voor de kust lagen. (Meer hierover verder op deze pagina.)

 

Zie hoe fraai deze handgemaakte pot versierd was.

Een fraaie fossiele haaietand
gevonden hier op het strand bij strandopgang "Zonneveld"
langs de laagwaterlijn
juni 2005.

Echo uit een ver verleden:
Gevonden op het strand (richting Domburg, juni 2003)
Dit vuurstenen werktuig: een fraaie schrabber voor het afschrapen van huiden.
Ongetwijfeld samenhangend met de neolithische bewoning
(4500 jaar  geleden) 
van de strandwal  die hier destijds voor de kust lag.
(Meer vondsten bekend op de kust van Walcheren/Schouwen)
(Vlaardingen-cultuur)

Pijlpunt

Nieuwe strandvondst: nu uit de IJzertijd
Domburg-Oostkapelle
(Januari 2004)

Op dagen na een stevige storm, kan men hier soms op het strand een aardewerkscherf uit de IJzertijd aantreffen... Zo ook op 23 januari 2004, en wel even voorbij Westhove, richting Oostkapelle. Daar raapte ik, tussen de talloze aangespoelde schelpen, deze aardewerkscherf op.

Over de IJzertijd in Zeeland is meer bekend dan over het Neolithicum.
De IJzertijd begint ongeveer 800 jaar voor Chr. en eindigt met de komst van de Romeinen.  
De kustvlakte, gevormd door de delta van de (Ooster-)Schelde, (de Westerschelde bestond toen nog niet), de oude duinen en de strandwallen, met daarachter de wadden en schorren en uitgestrekte veengebieden, was toen slechts plaatselijk bewoond. Het staat vast dat ter hoogte van het kasteel Westhove (momenteel echter wel honderden meters in zee) in de IJzertijd één of meer nederzettingen hebben gelegen. Men hield er runderen, schapen en geiten en men verbouwde er gerst, huttentut (een oliehoudend zaad), en rogge. Voedsel werd veilig bewaard in grote voorraadpotten: handgevormd aardewerk, in de traditie van de Menapiërs (de bewoners van de Scheldestreek, de naaste (verwante) buren van de Galliërs (Kelten) in het zuiden en van de Kananefaten (Germanen) ten noorden van de Oosterscheldemonding (Romeinse naam: "Romanorum Portus", later verbasterd tot "Roompot").  Welnu, de opgeraapte aardewerk-scherf is een fragment van zo'n grote voedselpot.

Het handgevormde Menapische aardewerk onderscheidt zich duidelijk van het gedraaide, beter gebakken en ook vaak versierde Romeinse import-aardewerk van na 15 na Chr. Op de noordkust van Walcheren, tussen Domburg en Vrouwenpolder, zijn ook tal van fragmenten gevonden van Romeinse dakpannen waarop men zelfs inmiddels vijftien (!) maal (delen van) het stempel van de C(lassis) G(ermanica) P(ia) F(idelius), 'de aanhankelijke en getrouwe vloot van Germanië' aantrof...  

Bronvermelding / Source: colofon

.

Terug naar
Inhoud

.

.

.